Databeheer

Data vormen de basis voor de onderbouwing van faunabeheerplannen en het verantwoorden van het gebruik van ontheffingen, vrijstellingen en opdrachten. Data geven inzicht of er een maatschappelijk belang in het geding is, of ingrijpen wenselijk is en of nog wordt voldaan aan de wettelijke vereisten ten aanzien van de staat van instandhouding. Tevens geven de verschillende datastromen inzicht in de effectiviteit van het toegepaste beheer en kunnen deze indien nodig worden aangepast dan wel uitgebreid. Bij het opstellen van faunabeheerplannen maakt de FBE Noord-Holland gebruik van data die zijn verzameld onder coördinatie van de FBE Noord-Holland en van data uit het Netwerk Ecologische Monitoring. De FBE Noord-Holland draagt via data-analyses en advies bij aan een voortdurend proces van verbetering van dataverzameling, verwerking en beschikbaarstelling.

Schadetegemoetkoming

Grondgebruiker zijn zelf verantwoordelijk voor het voorkomen of beperken van schade aan gewassen of landbouwhuisdieren. Om schade te voorkomen kunnen – en moeten soms – preventieve maatregelen genomen worden. Dit zijn in eerste instantie maatregelen met nietdodelijke middelen. Als er een ontheffing of vrijstelling is verleend, kunnen ook dodelijke maatregelen worden genomen. Wanneer ondanks deze maatregelen toch schade optreedt, kunnen grondgebruikers onder bepaalde voorwaarden een aanvraag indienen voor een tegemoetkoming in schade bij BIJ12.

Om voor een schadetegemoetkoming in aanmerking te komen moet aantoonbaar adequaat gebruik zijn gemaakt van de mogelijkheden die de ontheffing biedt. Als er een ontheffing of vrijstelling voor afschot beschikbaar is, moet de grondgebruiker minimaal twee verschillende dagen per week afschot van de schadeveroorzakende diersoorten (laten) uitvoeren. BIJ12 toetst dit ‘adequaat gebruik’ van de ontheffing. Wanneer de ontheffing of vrijstelling niet naar behoren is gebruikt, dat wil zeggen als er niet minstens twee keer per week is gejaagd, kan de aanvraag worden afgewezen. De grondgebruiker heeft dan geen recht op een schadetegemoetkoming.

De inzet van preventieve middelen en bejaagacties kunnen in Noord-Holland worden geregistreerd in FaunaSpot. FaunaSpot is echter alleen ontwikkeld om te voldoen aan de wettelijke plicht voor registratie van het aantal gedode dieren en preventieve maatregelen, en daarbij een hoge kwaliteit van data aantoonbaar te kunnen waarborgen. Het dashboard is dus niet ontworpen als tool voor het onderbouwen van schadetegemoetkomingen. Hoewel FaunaSpot vele voordelen biedt heeft dit ontwerp ten opzichte van een voorgaand registratiesysteem geleid tot hogere administratieve lasten bij zowel de gebruikers als bij de FBE Noord-Holland en BIJ12. Ter illustratie: 80% van de vragen aan de helpdesk (mail en telefonisch) gaan over schadetegemoetkoming. Op jaarbasis betekent dit 300 extra werkuren, wat overeenkomt met 2,5 maand werk voor een medewerker.

Omdat is gebleken dat de kwaliteit van de data ook afhankelijk is van de schadetegemoetkoming, is een maximale scheiding tussen beide doelen gewenst. Om met behoud van de kwaliteit van de data het administratieve proces voor aanvragen van schadetegemoetkoming te vereenvoudigen, is in 2023 tijd besteed aan analyse en voorstellen voor aanpassing van het dashboard, maar ook aan voorstellen voor de communicatie over de voorwaarden voor schadetegemoetkoming door Provincie en BIJ12. Implementatie van de bevindingen en aangepaste ontwerpen zal in 2024 plaatsvinden. 

Registreren

Afschot

Vanuit de Omgevingswet heeft de FBE Noord-Holland een wettelijke taak in het verzamelen en verwerken van data over het aantal gedode dieren. Hiervoor werd voorheen het FaunaRegistratieSysteem (FRS) gebruikt. Sinds 1 januari 2023 maakt de FBE Noord-Holland gebruik van het zelf ontwikkelde systeem FaunaSpot.

De overstap werd gemotiveerd door de groeiende maatschappelijke vraag naar navolgbare data en de geconstateerde discrepantie in de afschotdata, zoals die is beschreven in de Evaluatie van het Ganzenbeheerplan 2015-2020 Noord-Holland en blijkt uit signalen vanuit het AEWA-verband. De FBE Noord-Holland heeft daarom in 2022 de dataset met beheerdata van ganzen (afschotgegevens) en het proces van registreren geanalyseerd. Hierbij werd onderzocht welke verbeteringen mogelijk zijn om onjuistheden te voorkomen die zouden kunnen leiden tot een over- of onderschatting van het aantal geschoten dieren. Het registratiesysteem voor afschot speelde een centrale rol in bijna alle aanbevelingen.

FaunaSpot is een mobiele registratieapp die is ontworpen voor iedereen die bijdraagt aan faunabeheer in Noord-Holland. Met deze app kunnen, naast afschot, ook nestbehandeling en de preventieve maatregelen makkelijk en snel worden geregistreerd. Met het bijbehorende dashboard kunnen gebruikers hun registraties direct terugzien, dataselecties maken en registraties downloaden. Deze functionaliteit faciliteert het proces voor aanvragen van schadetegemoetkomingen.

FaunaSpot koppelt registraties automatisch aan een locatie. Afschot en nestbehandeling moeten worden voorzien met een foto. Deze registraties worden bovendien op een wetenschappelijk onderbouwde manier maandelijks gevalideerd. Het gebruiksgemak en het proces van validatie van ingevoerde data maken FaunaSpot uniek. FaunaSpot is continu in ontwikkeling, waarbij wordt gestreefd naar het behouden en verbeteren van het gebruikersgemak en de kwaliteit van de data.

In 2023 is met name aandacht uitgegaan naar de mogelijkheden voor registratie van ‘grofwild’. Daarnaast is een analyse uitgevoerd of de indertijd opgestelde noodzakelijke verbeteringen met Faunaspot en de communicatieprocessen daaromheen daadwerkelijk zijn gerealiseerd. Dit bleek het geval te zijn. Verder is het proces gestart om het gebruiksgemak van het dashboard te vergroten en zijn noodzakelijke juridische documenten afgerond over rechten en plichten van de leverancier en Faunabeheereenheid.

Preventieve maatregelen

Schade aan de wettelijke belangen wordt bij voorkeur voorkomen door inzet van preventieve middelen. Dit is niet alleen een wettelijke vereiste, maar ook een groeiende maatschappelijke behoefte. De interpretatie van de hoeveelheid inspanning voor preventie is onderwerp van jurisprudentie en - binnen de wettelijke kaders - politieke beleidsvorming in de Provincie.

De kennis over de effectiviteit van verschillende preventieve middelen is nog beperkt. Veel middelen lijken slechts beperkt of tijdelijk te helpen, omdat dieren er snel aan wennen. Het is daarom van belang om verschillende maatregelen en methoden af te wisselen.

De FBE Noord-Holland heeft formeel geen onderzoekstaak. Wel stimuleert zij onderzoek door advies te geven en data aan te leveren. Data vormen de basis voor nieuwe kennis. Mede daarom heeft de FBE Noord-Holland de registratie van preventieve middelen mogelijk gemaakt in FaunaSpot. Verder heeft de FBE Noord-Holland haar kennis up-to-date gehouden door het volgen van internationale wetenschappelijke publicaties en samenwerking met vooraanstaande soortenexperts. 

Toezicht en handhaving

De FBE Noord-Holland heeft geen wettelijke taak en daarmee bevoegdheden in het kader van toezicht en handhaving van Faunabeheer. Deze taken zijn belegd bij de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord, de Politie en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Het is in het belang van de FBE Noord-Holland dat de wet in het veld wordt nageleefd en dat daar een goede controle op is. De FBE Noord-Holland voorziet de genoemde organisaties conform de regels van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van informatie wanneer dat nodig is.

Door middel van beveiligde berichten kunnen vorderingen worden gedaan en deelt de FBE Noord-Holland informatie uit FaunaSpot. Wanneer er sprake is van het delen van persoonsgegevens in het kader van een vordering op basis van de Algemene wet Bestuursrecht wordt de gebruiker van FaunaSpot door de FBE Noord-Holland geïnformeerd.

Tellingen

Jaarlijks analyseert de FBE Noord-Holland de trend van de populatie-ontwikkeling voor alle diersoorten waarvoor faunabeheer plaatsvindt. Voor de ganzen wordt naast de trend ook de populatieomvang en verspreiding bepaald. De FBE Noord-Holland maakt hierbij gebruik van verschillende tellingen die worden uitgevoerd door verschillende organisaties, zoals de WBE’s, Sovon en de Zoogdierenvereniging. De resultaten van deze tellingen worden jaarlijks gepubliceerd in het jaarverslag van de FBE Noord-Holland. Langjarige trends en ontwikkelingen worden gedocumenteerd in de faunabeheerplannen.

Tellingen

De FBE Noord-Holland organiseert in samenwerking met partners de tellingen van damherten en reeën in het voorjaar en in juli de telling van ganzen. Deze tellingen worden jaarlijks volgens vaste protocollen uitgevoerd in vaste telgebieden. Door ieder jaar op dezelfde wijze te tellen kan worden vastgesteld of de aantallen toenemen, afnemen of stabiel blijven. Daarnaast is het doel dat de data op provinciaal, nationaal en internationaal niveau gebruikt kunnen worden voor diverse doeleinden, bijvoorbeeld (inter)nationale onderzoeken (zoals AEWA) en beleidsontwikkeling. De resultaten van deze tellingen worden verwerkt in een rapportage.

Download hier de tel- en beheerrapportage van damherten.

Download hier de telrapportage ganzen.

Actualisatie telprotocol juli-telling ganzen

Om een beeld te krijgen van de omvang en verspreiding van de ganzenpopulaties in Nederland wordt er sinds 2005 op de derde zondag van juli een landelijke ganzentelling uitgevoerd. Deze telling is een belangrijke momentopname om aantallen, ontwikkeling en verspreiding van de aanwezige ganzenpopulaties te volgen. De tellingen worden in de meeste provincies uitgevoerd door de WBE's en gecoördineerd door de FBE’s. In enkele provincies is de coördinatie en uitvoering in handen van Sovon Vogelonderzoek Nederland. In 2012 hebben alle betrokken organisaties afspraken gemaakt over het proces en de uitvoering, en hebben zij een telprotocol aangewezen om standaardisatie te waarborgen.

Met de gestegen kwaliteitseisen en opgedane ervaringen van de afgelopen jaren is de bestaande telprotocol voor de julitelling toe aan een actualisatie. Daarbij is het van belang te zorgen dat de historische telreeksen bruikbaar blijven en trendbreuk te voorkomen. Door het telprotocol te actualiseren zal de bestaande telling voldoen aan de (inter)nationale kwaliteitseisen, waardoor deze blijvend bruikbaar is bij beleidsvorming. De FBE Noord-Holland is in 2023 hiermee begonnen en voert dit namens de Provincies en de FBE's uit in samenwerking met Sovon. Afronding wordt voorzien in 2024.

Invoeren nieuw registratiesysteem voor tellingen

Er is een duidelijke behoefte in het steeds sneller liefst real-time beschikbaar willen hebben van gegevens, op zowel provinciaal als regionaal niveau. Daarnaast is er de wens om tellingen meer te automatiseren. Hiermee wordt het makkelijker om de tellingen op een wetenschappelijk verantwoorde en consistente wijze uit te voeren. In samenwerking met de KNJV Noord-Holland is tijdens de juli telling van de ganzen op Texel getest met AviMap van SOVON. Deze pilot was succesvol en op basis van deze resultaten is in samenspraak met de KNJV Noord-Holland besloten in 2024 AviMap voor de julitelling ganzen in te voeren. Met de invoering van AviMap wordt de verzameling van data eenvoudiger en uniformer, en wordt de onafhankelijke wetenschappelijke verantwoording van de gegevens nog beter gewaarborgd.

Lees hier het verslag van de ervaring van de pilot met AviMap.